Gemeenten houden hand op de knip bij nieuwbouw sociale huurwoningen
Uit onderzoek van Deloitte onder ruim 40 gemeenten blijkt dat meer dan 75% van de gemeenten zeer huiverig is in het plannen van de bouw van nieuwe sociale huurwoningen en koopwoningen. Het vandaag gepubliceerde onderzoek noemt verschillende redenen zoals de financiële problemen bij woningcorporaties en gemeentelijke grondbedrijven alsmede de onduidelijke wetgeving met betrekking tot de woningmarkt.
Te hoge verborgen kosten
De woningcrisis is dus ook te voelen in de portemonnee van veel gemeenten. Dit maakt het moeilijker voor de gemeenten en corporaties om de kosten op te brengen voor het bouwen van sociale huurwoningen en koopwoningen, de zogeheten 'verborgen kosten'. Deze kosten zijn terug te vinden in de lage grondprijs en lage huur. Corporaties en gemeenten verdienen dus weinig terug op de sociale huurwoningen terwijl de kosten per woning gemiddeld 80.000 euro bedragen. Een bijkomend probleem is dat sociale huurwoningen alleen gebouwd worden voor huishoudens met een maximaal jaarlijks inkomen van 33.000 euro.
Planning onder druk
De Tweede Kamer heeft het plan om tot 2015 67.000 woningen te bouwen. Nu lijkt dat aantal zeer onder druk te komen door de terughoudendheid bij de gemeenten. In 2010 bedroeg immers de helft van alle nieuwbouwwoningen sociale woningbouw.