Waarom een particuliere huurwoning niet altijd een vrije sector huurwoning is
Op de huurwoningmarkt heb je te maken met verschillende begrippen. Zo lees je veel over sociale huurwoningen, de vrije sector en particuliere verhuur. Een veelvoorkomend misverstand is dat een huurwoning die wordt verhuurd door een particuliere verhuurder altijd in de vrije sector valt. Ook sociale huurwoningen kunnen van een particulier zijn. We leggen je uit hoe dit zit.
Particuliere verhuur
Veel mensen kopen tegenwoordig een tweede woning om te verhuren. Met de huuropbrengsten kunnen zij bijvoorbeeld sparen voor hun pensioen, deze manier van sparen is namelijk aantrekkelijker dan sparen via de bank.
Kunnen particuliere verhuurders de huurprijs zelf bepalen? Nee, niet zomaar. De huurprijs van een woning wordt in eerste instantie bepaald aan de hand van het woningwaarderingsstelsel. Hiermee wordt een bepaald aantal punten toegekend aan de woning die moet worden verhuurd. Een huurwoning valt in de vrije sector - ook wel geliberaliseerde sector genoemd - als meer dan 145 punten worden toegekend. Een verhuurder is in dat geval vrij om de huurprijs te bepalen. Bij 145 punten of minder valt een huurwoning in de sociale huursector. Huurprijzen zijn in dat geval gereguleerd, wat betekent dat er een maximale huurprijs geldt afhankelijk van het puntenaantal. Als een particuliere verhuurder een woning verhuurt van bijvoorbeeld 120 punten, betekent dit dat hij een huurwoning verhuurt in de sociale sector met een maximale huurprijs.
Sociale huurwoningen
Huurwoningen in de sociale sector zijn relatief goedkoop om te huren. De maximale huurprijs van een sociale huurwoning ligt in 2021 op € 752,33. Dit wordt ook wel de liberalisatiegrens genoemd. Hoewel sociale huurwoningen dus ook door een particulier kunnen worden verhuurd, worden ze in de meeste gevallen aangeboden door een woningcorporatie of woningbouwvereniging. Om in aanmerking te komen voor zo’n woning moet je jezelf inschrijven bij deze vereniging of corporatie. Bovendien mag een corporatie eisen stellen aan het inkomen of de grootte van een gezin. Doorgaans mag het (gezamenlijke) maximale jaarinkomen niet hoger zijn dan € 40.024 euro.
Een voordeel van sociaal huren, naast een betaalbare huurprijs, is de mogelijkheid om huurtoeslag aan te vragen. Afhankelijk van jouw jaarinkomen kun je een maandelijkse toeslag krijgen om een deel van de huurkosten te dekken. Daarnaast geldt een maximaal percentage waarmee de huur jaarlijks mag stijgen. Dit percentage wordt jaarlijks bepaald door de Rijksoverheid. Vanwege COVID-19 mochten de huurprijzen van sociale huurwoningen in 2021 niet worden verhoogd.
Vrije sector huur
Zoals gezegd vallen huurwoningen met meer dan 145 punten in de vrije sector. In deze sector gelden een stuk minder regels, hier is namelijk geen sprake van regulering. Er geldt geen maximale huurprijs, je hebt geen recht op huurtoeslag en er is geen maximale inkomensgrens. Ook geldt er geen maximale jaarlijkse huurverhoging. De huurverhoging moet echter wel worden vastgelegd in het huurcontract.
Je hoeft je niet in te schrijven om in aanmerking te komen voor een vrije sector huurwoning. Dat kan gunstig zijn: voor sociale huurwoningen zijn momenteel lange wachtrijen. Lees hier meer over huren in de vrije sector.
Lees ook: Starters zoeken lang op ‘ongunstige’ woningmarkt en passen hun wensen vaak aan